You are here

The Photographer Presentation text

 

The photographer left, he told the truth: een oefening in de tweespalt van fotografie

 

Laura Herman

 

Na een opleiding sociologie begon de Gentse kunstenaar Charlotte Bouckaert haar carrière als fotografe van beelden met een sterk sociologische inslag. In haar eerste fotoreeks Nesten (2008) portretteerde Bouckaert net afgestudeerden met hun ouders en belichtte ze menselijke verhoudingen in wisselende gedaantes. Later volgde Gut feeling (2011), een reeks waarin Bouckaert in grimmige beelden van dierenkadavers een verdoken esthetiek ontwaarde. Dat romantisch streven naar het sublieme wordt in haar huidig werk opgevoerd als een voorbijgestreefd ideaal. Op een ankerpunt in haar praktijk breekt Bouckaert haar beeldtaal open om nieuwe mogelijkheden ervan te exploreren. Wat maakt een foto nog tot kunstwerk in een tijdperk waarin iedereen technisch hoogstaande apparatuur voorhanden heeft? Die honger naar een meer diepgaand begrip van haar medium stilt Bouckaert in nieuw multimediaal werk. The photographer left, he told the truth is een selectie van werken die de eerste aanzet van haar onderzoek naar de beperkingen van haar medium vormt. Beperkingen die door ze te transcenderen mogelijkheden worden. The photographer left, he told the truth toont de ruimte buiten de scherp afgelijnde contouren van de foto.

 

In Mirrors of Reality creëert Bouckaert een venster op een afwezige werkelijkheid. Een vitrine biedt inkijk op het gebeuren in de galerie, en loopt over in een reflectie van het straatbeeld. In een wereld waarin een continue beeldenstroom zich naadloos in het stadslandschap lijkt te integreren, komen verleden en heden samen, worden aanwezigheid en afwezigheid inwisselbaar. Hier liggen twee verschillende werelden ingebed in eenzelfde oppervlakte, lopen twee tijden probleemloos in elkaar over zonder met elkaar samen te vallen. Op het kruispunt tussen werkelijkheid en reproductie maakt het verstilde beeld van de galerie als ware het een tableau vivant deel uit van het veranderende stadslandschap.

 

Na de crisis in de schilderkunst, is de problematiek van de autonomie overgeheveld naar de fotografie. Waar liggen de verwachtingen nog voor de fotografie? Wat maakt een momentopname tot kunst? Hommage to all the picture of the world is een generisch digitaal toestel dat aan de muur hangt, en de bezoeker lijkt uit te nodigen tot het maken van een keuze. Verwijzend naar de readymade stelt Bouckaert de instrumentalisering en consumptie van de fotografie in vraag, en voert ze onderzoek naar autonomie en artistieke waarde. Een artistieke waarde die ze aftast in de performatieve dimensie van de fotografie: de (toevallige) keuze van het beeld, de act van het nemen van een foto. Op die manier distantieert Bouckaert zich van haar medium, verschuift ze haar auteurschap naar de buitenstaander om hem te beladen met een gedeelde verantwoordelijkheid. Een arbitraire momentopname, een weloverwogen kadering, een intentionele overbelichting, een ingestelde sluitertijd maken het verschil. Hierin situeert zich Bouckaerts interesse: niet in de foto als doel op zich, maar in de omgang met het medium als middel om iets te vertellen, te verhullen, te onthullen, of te manipuleren. In haar groeiende ambigue verhouding tegenover fotografie boet het manipuleerbaar beeld als eindresultaat in aan belang, en graaft Bouckaert steeds dieper in het waarom van het fotograferen van beelden.

 

Bouckaerts werk speelt in op verwachtingspatronen van de bezoeker, en betrekt daarbij de ruimte. Hoe kan de architecturale ruimte het gebruik van haar medium beïnvloeden, en omgekeerd ook: hoe kan haar werk impact hebben op onze ruimtelijke ervaring? Zoals Mirrors of Reality inspeelt op de infrastructuur van de galerie en hoe die zich verhoudt tot de buitenwereld, zijn ook Homage to all the picture in the world en Serving Space onlosmakelijk verbonden met tijd en setting. Deze in situ werken ontstaan door ruimtelijke onderdelen nauwgezet uit te filteren en opnieuw in de ruimte te integreren – fotografische ingrepen die een nieuwe conceptie van de ruimte mogelijk maken. Zonlicht dat door de rolluiken van galerie ZSenne binnensijpelt vangt Bouckaert op haar gevoelige plaat om te transponeren op een plek waar het zonlicht nooit reikt. Het spel van licht en schaduw krijgt een nieuwe plek toebedeeld in een verloren hoek van de galerie. In die wisselwerking biedt Bouckaert een antwoord op de impasse van de foto als eindproduct. Hier voegt de foto als architecturaal materiaal iets toe, maakt het verschuivingen, inversies en verdubbelingen mogelijk.

 

Ook met Serving Space, een projectie van de kelder van de galerie, maakt Bouckaert wat verborgen is zichtbaar, en brengt ze verschillende dimensies van de plek aan de oppervlakte. De monumentale onderlaag (serving space) van de galerie die dienst doet als stockageruimte, wordt hier opgewaardeerd tot volwaardig onderdeel van de tentoonstellingsruimte (served space). Dat in elkaar schuiven van verschillende ruimtes doet denken aan de mise-en-abyme van Borges' onbegrensde spiegelhal in de Aleph en de eindeloos uitdijende ruimtes in de schetsen van Piranesi.

 

To look for noon at two o'clock, is een objet trouvé dat Bouckaert intrigeerde om de reflecterende kwaliteiten van het materiaal, en die ze reproduceerde in een foto. Wat zich achter het kijkperspectief van de bezoeker schuilt wordt met fotografie altijd zichtbaar gemaakt, wat met een weerspiegeling niet het geval is.

 

In Artlab ZSenne worden via de computer foto’s getoond van haar performance ‘The photographer left, he told the truth’. Performance biedt Bouckaert de mogelijkheid fotografie en haar rol in vraag te stellen vanuit een andere positie dan deze van de fotograaf.

 

The photographer left, he told the truth is een introspectieve wandeling in Bouckaerts eigen kunstenaarspraktijk die haar bestemming vindt op uiteenlopende plekken. Meanderend tussen tal van mogelijkheden mondt haar werk uit in een multimediaal verhaal dat balanceert op de grens tussen poëzie, ruimtelijkheid en performance. Net die veelheid aan perspectieven en openingen maakt Bouckaerts werk zo opmerkelijk.